Het Achtste Gebod: verbod op ontvoering lo'riĝnov... je zult niet stelen... In Sanhedrin 86a leren de Chagamiem ons dat het verbod van stelen met één speciale vorm van stelen wordt bedoeld: ontvoering. Een ontvoerder wie iemand dwingt om voor hem te werken om vervolgens het slachtoffer te verkopen tot slavernij. Net als afgoderij en overspel, is ontvoering een dergelijk strafbaar feit waar de doodstraf op staat. Het verbod op 'gewone' diefstal (zoals stelen van geld) is te vinden in Wajjiqra/Lev. 19:11. Gelijkwaardige overtredingen met ontvoering worden de volgende onder geschaard:
- het falen om iemand te groeten. Hiermee steel jij iemands zelfrespect
- iemands respect en dankbaarheid middels bedrog winnen (ĝnevat da'at)
Mechilta trekt parallel tussen dit gebod en de derde gebod (stukje doorscrollen). Iemand die steelt, zal ijdele eed afleggen om zijn sporen te kunnen wissen.
|