Het tellen van de stam van Levi
Vs. 3:15. De Levi’iem werden uiteindelijk wel geteld, maar op een andere wijze. De andere stammen werden een keer, de Levi’iem werden wel twee keer geteld. De algemene telling van de gewone stammen vond plaats tussen de 20 en de 60 jaar en bij de eerste telling van de Levi’iem, werden zij na hun eerste maand meegeteld. M.a.w. bij de telling van de Levi’iem was geen minimum leeftijd aan verbonden. Het kind werd pas na een maand meegeteld, omdat na een maand een kind de meeste kans heeft om levensvatbaar te blijven. De heiligheid van de stam en hun spirituele missie hing niet van de leeftijd en kracht af. Daarnaast werd er ook geen maximum leeftijd aan de Levi’iem gehanteerd.
In een ander gedeelte van de procedure (4:29, 30) werden alleen de Levi’iem tussen de 30 en de 50 geteld. Dat is namelijk de leeftijd dan men in de Misjkan dienst mochten doen. Dat is de leeftijd dat men het zowel fysiek als mentaal het sterkst waren.
RaMBaM leert dat de Levi’iem het legioen van Hasjem vormen met de taak Hem te dienen en Zijn Tora te leren, maar ook als voorbeeldfunctie naar de rest van het volk. De Joden dienen namelijk het voorbeeld van de Levi’iem op te volgen, zodat zij ook geheiligd worden zoals de Kodesj Hakedasjiem - de Heilige der Heiligen - en Hasjem zal zijn deel en erfgoed voor alle eeuwigheid zijn. In deze Wereld zal hij verdienen al wat de Kohaniem en de Levi 'iem verdienden.
Midrasj Bamidbar Rabbah 3:7 leert: natuurlijk zijn de Levitische kinderen niet in staat deel te nemen aan het bewaken van de Misjkan, in tegendeel, zij zouden beschermd moeten worden. Echter, Hasjem wilde de Levi’iem belonen voor hun loyaliteit. Dus wanneer een Levi op zijn 30e aan zijn taken in de Misjkan begpn, werd hij als een kind van een maand beschouwd en in overeenstemming beloond. Zo was het ook met Sjmoe’el hanavi, Samuël de profeet. Over Sjmoe’el werd verteld in Sjmoe’el 7:15 dat hij zijn hele leven over Jisrael oordeelde, terwijl hij slechts 10 jaar van zijn 52 jaar Rechter was..wajisjpot sjmoe’el ‘et-jisrael chol jemej chajajw... Er zit hier een kern van waarheid in waarom Levi’iem beschouwd worden als of zij Hasjem hun hele leven dienen. Immers, voor hun bar mitswe is het de Levi’iem toegestaan te participeren aan een van de meest belangrijke diensten: het Lied van de Bejt Hamiqdasj (Arachin 13b). Dit lied staat representatief voor de erkenning van de totale harmonie van het universum onder Hasjems leiding en heerschappij. Deze erkenning is een levenlange taak.
Vs. 16…’al-pie hasjem… volgens het Woord van Hasjem… het zou niet gepast zijn wanneer Mosje tenten met zuigende baby’s in zou lopen om zijn telling te doen. Wat er gebeurde, legt Rasji uit. Mosje bleef bij de tent staan en Hasjems G’ddelijke Aanwezigheid ging hem voorbij en proclameerde vervolgens met een Hemelse stem hoeveel baby’s in de tent bevonden.
|