19 Adar 5784 | 29 maart 2024
Parasja
Bereesjiet/ Genesis     Sjemot/ Exodus     Wajjikra/ Leviticus     Bamidbar/ Numeri     Dewariem/ Deuteronomium     Combinaties     Feestdagen     
Parasja / Sjelach / Inzicht Overzicht | Inzicht | Haftara | Commentaar
Bamidbar/ Numeri 13:1–15:41 | door: HaRav Eliëzer Chrysler
De weg terug
Onmiddellijk na de zonde van de verspieders volgen in de Tora (Bamidbar 15:2 e.v.) de details van de pleng- en meeloffers. Het is moeilijk om in eerste instantie het verband te zien tussen deze offers en de verspie­ders. Rasji legt een verbinding, en verklaart de openingswoorden „Wanneer jullie in het land komen," dat Hasjem hiermee het volk wilde verzekeren dat zij in het land zouden komen, ondanks het feit dat de zonde van de verspieders hen op dat moment verhinderde Erets Jisraël binnen te trekken,  maar dat dit slechts een tijdelijke maatregel was als straf, en dat hun kinderen bestemd waren het Beloofde Land binnen te trekken en daar pleng- en meeloffers te brengen. Maar dat verklaard alleen de woorden „Wanneer jullie in het land komen," maar niet het verband tussen deze offers en de verspieders. En trouwens, wat heeft dat allemaal te maken met de mitswa van „challa", die daarop volgt?

Sforno geeft de volgende verklaring: Tot de tijd van de gouden kalf waren alle offers acceptabel in de „ogen" van Hasjem, zonder dat zij begeleid werden door pleng-of meeloffers. En wij zien dat Hewel [Abel], Noach en Awraham, die allen dieren aan Hasjem offerden, geen pleng- of meeloffers brachten. Zelfs op de berg Sinaï, voordat Tora gegeven werd, brachten de jongelingen uitsluitend brand- en vredesoffers, zonder pleng- en meeloffers (Sjemot 24:5). Het was pas nadat zij gezondigd hadden met het gouden kalf, dat de drank- en meeloffers moesten worden toegevoegd aan alle gemeenschapsoffers, om hen waardig te maken voor acceptatie. En pas na de zonde van de verspieders werden deze drink- en meeloffers ook verplicht voor individuele privé-offers. Verder werd de mitswa van challa geïntroduceerd, zodat er ook een zegen op het voedsel in huis zou rusten. Ook dat was voorheen niet nodig. De  zegen kon voordien verkregen worden door middel van tefilla en goede daden. In de parasja van vorige week, Beha'alotecha, kregen we de mitswa van Pesach Sjeni, een maand na Pesach, voor iemand die niet in staat was het Pesach-offer op zijn tijd te brengen. Deze mitswa, zo vertelt de Midrasj, werd ingesteld in antwoord op e gerechtvaardigde klachten van diegenen die tamee meet waren (onreind door aanraking met een dode) en die zich zorgenmaakten dat zij niet mee konden doen met het korban Pesach. Hasjem reageede daarop door deze nieuwe mitswa voor hen in te voeren. Daarentegen gaat de parasja van deze week over de introductie van een nieuwe mitswa, ter compensatie van onredelijke gemopper van het volk, hetgeen een daling van hun geestlijk niveau teweeg bracht. Deze daling kon alleen gecompenseerd worden door extra mitswot, waardoor de mensen hun vroeger niveau konden terug verkrijgen.

Het is duidelijk, dat hoe lager iemands geestelijk niveau en des te zwakker zijn vertrouwen is, des te meer moet dat versterkt worden met een toename van Tora en mitswot.

Een ander voorbeeld is Jom Kippoer, waar wij de hele dag in sjoel zitten te bidden, terwijl dat in Bijbelse tijden duidelijk niet het geval was, zoals blijkt uit de Gemara, die vertelt hoe de meisjes op Jom Kippoer, net als op de 15de Av in de wijngaarden dansten. Op dezelfde manier verkregen onze voorvaderen (Awraham, Jitschak en Ja'akov) hun ongelooflijk hoog niveau van spiritualiteit, ondanks hun schijnbaar „wereldse" levenswijze; terwijl vandaag dergelijke superlatieve niveaus van G-ddelijkheid in het algemeen alleen maar toegankelijk zijn voor mensen die zich full-time onderdompelen in Tora-studie.

Wij daarentegen moeten leren deze balans te houden en wanneer we het gevoel hebben dat wij afdalen, of dat wij onderhevig zijn aan verleidingen door de buitenwereld, dan is dat de juiste procedure om een dosis spiritualiteit aan toe te voegen, teneinde ons te helpen om ons vroegere niveau terug te vinden, ongeveer op dezelfde manier zoals wij onze auto's weer voltanken, zowel voor een lange reis als daarna. (Inderdaad, het verhinderen van een afdaling door middel van een sterke tefilla, een extra sji'oer of door tsedaka te geven, is zelfs beter dan dat achteraf te doen, zoals het ook makkelijker is om een zware last op de rug van een dier bij te stellen, dan de last opnieuw op te laden, nadat deze er eerst is afgevallen (Rasji op parasjat Behar). Iets vasthouden is makkelijker dan iets terug te krijgen!

Bron: Joods Leven
 
 
Contact Zoeken Noachieden Online Beheer
 
Copyright © 2024 Jodendom Online. Alle rechten voorbehouden.