Hasjoelchan halechem hapaniem... Tafel met de toonbroden
Rabbi Sprecher heeft ons geleerd dat geen enkele parasja niet actueel is. De kunst is om de actualiteit van vandaag in de parasja terug te vinden. Zo ook deze week in het kader van de kredietkrisis, maar ook de tumult rond de evolutie.
De sjoelchan werd nabij de noordelijke muur van de buiterste kamer van de Misjkan geplaatst. Hij bevatte 12 lechem hapaniem, 12 toonbroden, die in twee kolommen van ieder zes opgesteld werd. De lechem hapaniem werden op vrijdag gebakken. Op Sjabbes werden zij op de sjoelchan geplaatst en de de oude werden verwijderd en onder de kohaniem werden verdeeld. De lechem hapaniem worden in Wajjikra/Lev. 24:5-9 nader beschreven. Net als de Aron (de Ark) had de sjoelchan een "kroon" die de kroon van koningschap symboliseert (Joma 72b), zoals een koning verantwoordelijk is voor de veiligheid en voorspoed van een land, zo genoten de Joden van de welvaart van de verdienste van deze sjoelchan. Wat wordt daarmee bedoeld?
RaMBaN legt het wonder van het proces van welvaart uit. Nadat Hasjem het universum van een absolute leegte (jesj me-ejn: iets van niets) in bestaan bracht, schiep Hij niet meer van jesj me-ejn. In plaats daarvan veroorzaakte Hij wonderbaarlijke toename door het vanuit dat iets - wat bestaat - voort te laten komen. We zien dit terug bij Elisja hanavi terug. Eén enkele kruik olie veroorzaakte een enorme toevoer aan olie totdat alle kruiken gevuld waren (I Kon. 17:16). Zo was het ook met de sjoelchan. Door de deugdzaamheid van de lechem hapaniem dat iedere week op de sjoelchan geplaatst werden, welvaart vloeide door het land. In een andere, maar duidelijkere manifestatie van het wonder, leert de Talmoed ons dat wanneer een kohen slechts een klein hapje van dat brood van die week nam, hij volkomen verzadigd was. Het werd binnen zijn ingewanden gezegend (Joma 39a)
|